De veiligheid van voetgangers en fietsers op veelgebruikte wegen binnen de bebouwde kom wordt nogal eens op de proef gesteld door hardrijdende automobilisten. Zowel de gemeente Woubrugge als de gemeente Jacobswoude had daar heel wat mee te stellen.
Uit verkeersobservaties bleek trouwens telkenmale dat de hardrijders in belangrijke mate gevonden werden onder de plaatselijke bevolking, je kon de schuld bepaald niet alleen aan sluipverkeer van buiten geven, maar dat terzijde.
Ter bestrijding hiervan zijn er allerlei verkeersremmende maatregelen getroffen zoals drempels, plantenbakken, paaltjes, belijning, rotondes, verkeersborden, waarschuwingssignalen, stoplichten. Je zou zeggen dat er arsenaal genoeg voorhanden was, maar het nemen van dergelijke maatregelen is desondanks telkenmale geen sinecure gebleken. Aanwonenden zagen nogal eens bezwaren zoals schade aan hun woningen wegens trillingen, afnemende bereikbaarheid van bedrijven, afstaan van grond. Daarbij komt dat de genomen maatregelen nooit echt rigoureus konden zijn omdat de bus er wel doorheen moest kunnen rijden (anders zou de bus om het dorp heen gaan rijden); aanliggende bedrijven zich (begrijpelijkerwijze) mordicus verzetten tegen iets ingrijpends als bijvoorbeeld eenrichtingsverkeer omdat dit klanten zou kosten; aanwonenden hun voortuin niet wilden inleveren voor de aanleg van een fietspad en dergelijke. De resultaten van dit soort maatregelen zijn dan ook niet optimaal, terwijl er tegelijkertijd ook nadelen aan kleven. Een bijkomende kwestie was ook de beschikbaarheid van financiën. Infrastructurele aanpassingen kosten vrij veel geld, dus in dat soort gevallen werd altijd gezocht naar subsidiemogelijkheden bij rijk en provincie (die soms wel en soms niet voorhanden waren). Dat kon trouwens wel eens doorslaan in die zin dat het bestaan van subsidiepotjes een wethouder in verleiding kon brengen om daar overdreven gebruik van te maken. We laten hieronder enkele voorbeelden de revue passeren die illustreren wat er zoal kwam kijken bij het treffen van verkeersremmende maatregelen.
Vierambachtsweg Woubrugge
Deze smalle weg was in de tijd van de gemeente Woubrugge niet alleen een sluiproute maar zelfs een niet onbelangrijke verbindingsweg tussen Woubrugge en Alphen a/d Rijn. Voor fietsers was deze weg nog veel belangrijker, vooral voor Woubrugse middelbare scholieren die op en neer moesten fietsen naar Alphen a/d Rijn.
Gebruik van deze weg door auto’s werd ontmoedigd door het verkeer tijdens de spitsuren vanuit één richting te verbieden (door middel van een verbodsbord). Dit verbodsbord werd nogal eens genegeerd, wat uiteraard tot gevaarlijke situaties kon leiden. Toen de weg in de jaren ‘80 werd gereconstrueerd, is die enigszins verbreed en
werden alternerend links en rechts paaltjes gezet, waardoor het autoverkeer moest gaan zigzaggen. Op de fietsstroken konden dan fietsers gewoon doorrijden, waarbij ze wel goed moesten uitkijken voor die zigzaggende auto’s. Een plan voor een fietspad naast de weg haalde het niet, omdat diverse aanwonenden daarvoor geen grond wilden afstaan. Vanuit de gemeente Woubrugge is voorgesteld om op de gemeentegrens met Alphen een slagboom te plaatsen, waarmee sluipverkeer kon worden tegengehouden. De toenmalige bus zou dan met een pasje nog wel door de slagboom kunnen. Dit plan stuitte bij de aanliggende bedrijven zowel aan Woubrugse als Alphense kant op grote bezwaren, omdat ze dan heel wat klanten zouden gaan verliezen. Indertijd bevond zich het meest nabijgelegen tankstation voor Woubrugse automobilisten trouwens op de Kalkovenweg die in het verlengde lag van de Vierambachtsweg - misschien niet het grootste probleem maar dit maakte deze oplossing niet makkelijker. Later is de Vierambachtsweg voor sluipverkeer minder aantrekkelijk geworden, omdat er tegen de grens met Woubrugge woonwijken zijn gebouwd. Daarmee is het probleem een stuk minder groot geworden. De busroute is op een gegeven moment ook verplaatst. De weg is sedert genoemde reconstructie niet echt meer aangepast. De paaltjes staan er nog steeds. Aan de Alphense kant zijn ze overigens nooit neergezet, blijkbaar zag men met het daar louter als een Woubrugse aangelegenheid.
Herenweg Rijnsaterwoude
Dit mag je wel een klassieke sluiproute noemen, want deze weg loopt parallel aan de provinciale weg N207 waardoor de Herenweg tijdens de drukke spits nogal eens gebruikt werd (en wordt) als alternatieve route. In de periode nadat de gemeente Jacobswoude haar nieuwe gemeentehuis aan de Herenweg in gebruik had genomen werd door de wethouder een plan doorgedrukt om de Herenweg van verkeersdrempels te voorzien. Immers, zo was de redenering, er werd door veel automobilisten te hard gereden op die weg en met die hobbels zou dat worden afgeremd. De aanwonenden zagen het niet zitten, met name omdat oudere woningen aan de Herenweg er volgens hen schade van zouden ondervinden. De gemeenteraad was sceptisch, want als je wilt dat er een bus over de Herenweg rijdt (en dat wil je natuurlijk wel zo houden) kunnen die drempels niet al te scherp zijn, waardoor ze voor sommige automobilisten wellicht eerder een uitdaging zouden vormen dan een belemmering. Ook toonde de gemeenteraad enig begrip voor genoemd schaderisico. Afgesproken werd dat de gemeente de drempels mocht aanleggen, maar dat die weer zouden moeten worden opgeruimd als zou blijken dat ze niet voldeden dan wel schade zouden veroorzaken. Daarbij hielp het dat de gemeente een subsidie zou krijgen voor de aanleg, zodat een eventuele desinvestering beperkte financiële gevolgen zou hebben. Na enkele jaren zijn die drempels weer weggehaald, want ze bleken niet te voldoen als middel om de snelheid te beperken. Er is trouwens ook nog even geëxperimenteerd met een waarschuwingsbord waarop automobilisten werd gewezen op hun (hoge) snelheid, maar dat bleek weinig uit te halen. Drastischer maatregelen, zoals een slagboom of permanente Gatsometers kwamen wat B&W betreft niet in aanmerking, dus uiteindelijk is de situatie op de Herenweg nog steeds hetzelfde: hij kan worden gebruikt als sluiproute.
Grietpolderweg Leimuiden
Het gaat hier niet om een doorgaande weg tussen steden/dorpen maar om een ontsluitingsweg ten behoeve van aanliggende woonwijken in Leimuiden. Sluipverkeer is er niet en ook het OV komt er niet. Toch meende de wethouder van Jacobswoude, mede geïnspireerd door subsidiepotjes voor verkeersremmende maatregelen zoals die rond de eeuwwisseling bestonden, dat de Grietpolderweg gebaat zou zijn met verkeersdrempels. Dat leidde tot veel onbegrip en weerstand bij aanwonenden en weinig steun bij de rest van de bevolking in de desbetreffende wijken. De gemeenteraad maakte dan ook korte metten met dit plan en stond de wethouder niet toe hiermee verder te gaan. De Grietpolderweg heeft nog steeds dezelfde functie als toen en voor zover bekend is er nog steeds geen aanleiding om verkeersremmende maatregelen te nemen.
Kerkstraat Hoogmade
Totdat in 1988 de provinciale weg N446 om Hoogmade heen werd geleid werd de betrekkelijk smalle Kerkstraat in Hoogmade geteisterd door een zware, onophoudelijke verkeersstroom (11.000 voertuigen per dag), die zorgde voor veel geluidsoverlast, uitlaatgassen (zeker in die tijd nogal smerig) en onveiligheid voor voetgangers en fietsers. Verkeersremmende maatregelen waren zinloos, want het doorgaande verkeer moest nu eenmaal door het dorp Hoogmade (er was immers geen alternatief) en de snelheid werd overdag al voldoende belemmerd door het smalle wegdek en door de grote verkeersdrukte. In de nacht had je overigens nog wel enkele hardrijders.
Toen de omleidingsroute eenmaal in gebruik was genomen was dat niet alleen een grote opluchting voor de aanwonenden maar gaf dit de gemeente Woubrugge ook aanleiding om de Kerkstraat aan te passen aan de nieuwe situatie. De bevolking werd betrokken bij die reconstructie, met als meest in het oog springende uitkomst dat er asfalt moest komen en geen klinkers. Enkele stedenbouwkundigen beoordeelden dit later als een misser, want een dergelijke dorpsstraat behoorde volgens hen met klinkers te worden bestraat, maar dat argument speelde totaal niet bij de aanwonenden.
Gelet op de beperkte ruimte kon niet worden gekozen voor een fietsstrook laat staan voor een fietspad (zelfs op de veel bredere Van Klaverweijdeweg die in het verlengde ligt van de Kerkstraat bleek een fietspad niet mogelijk), maar daar werd een flexibele oplossing voor bedacht. Er kwamen vele paaltjes tussen het wegdek en het voetgangersgebied, waarbij fietsers werd toegestaan naar het voetgangersgebied uit te wijken in geval van passerende auto’s. Die paaltjes dienden voorts het autoverkeer af te remmen, alleen gold ook hier dat de bus er doorheen moest kunnen, dus met het afremmen van auto’s blijft het dan een beetje behelpen. Sommige automobilisten konden de verleiding niet weerstaan om de Kerkstraat met de nodig snelheid te nemen, waarbij ze richting Leiden nog een extra gas gaven zodra de bredere, kaarsrechte Van Klaverweijdeweg in het zicht kwam.
Nadien is de Kerkstraat opnieuw gereconstrueerd, waarbij de paaltjes deels zijn vervangen door forse bloembakken die het verkeer beter blijken af te remmen omdat je door de bakken meermalen wordt gedwongen te wachten op tegenliggers. Bovendien zijn er op de Van Klaverweijdeweg een paar verkeersdrempels gekomen die ervoor moeten zorgen dat de overgang tussen deze weg en de Kerkstraat geleidelijker verloopt. Fietsers kunnen nog steeds uitwijken naar het voetgangersgebied. Het asfalt is, alweer op verzoek van aanwonenden, gebleven. Deze reconstructie bleek uiteindelijk voor de bus zo lastig, dat die inmiddels niet meer door het dorp rijdt, waardoor de meeste busreizigers uit Hoogmade een heel eind moeten lopen naar de bushalte bij de provinciale weg. Afgezien van een enkel nadeel – vrachtwagens rijden soms over de randen van de bloembakken en komen dan met een forse dreun weer naar beneden, wat vooral voor oudere gebouwen op den duur schade kan opleveren – is de huidige verkeerssituatie redelijk bevredigend te noemen.
Comments